Eefje vangt honden op van woningbrand in Begijnendijk: “Mijn geloof in God gaf me de kracht”
Na de woningbrand in de Sleutelbaan in Begijnendijk heeft Eefje, een inwoner van Heist-op-den-Berg, de drie honden opgevangen die niet langer thuis konden blijven.
Eefje, zelf trotse eigenaresse van drie Mechelaars en twee wolfshonden, hoorde via een lokale sociale mediagroep over de noodoproep en twijfelde geen seconde. “Vanuit mijn geloof in God wist ik dat ik deze mensen en hun dieren moest helpen”, vertelt ze. Husky Ayse, keeshond Bowy en teckel Diesel werden gisteravond door hun eigenaar Robin bij haar afgeleverd. “Ze verkeerden gelukkig niet in slechte gezondheid, maar de stress en het aanpassen aan een nieuwe omgeving waren duidelijk merkbaar. Eén hond vertoonde zelfs veel speekselverlies, waarschijnlijk door de spanning”, legt Eefje uit. Om de dieren wat rust te geven, heeft ze ze apart gehuisvest en gaat ze er regelmatig mee wandelen.
Hoewel de brandschade aan het huis van de familie meeviel, zijn de eigenaars druk bezig met de opkuis. Eefje onderhoudt nauw contact met hen. “Ik ben slechts een tussenstop in hun leven. Het zijn fijne honden, maar mijn taak is tijdelijk”, benadrukt ze. In de toekomst wil ze zich graag inzetten als hondenoppas of dogsitter. Eefje, een transgendervrouw die haar kracht haalt uit haar geloof en bijbelstudie, ziet deze opvang niet als een daad om zichzelf in de schijnwerpers te zetten. “Alle eer gaat naar God. Hij helpt me een betere versie van mezelf te zijn en een positieve impact te maken in deze harde wereld”, zo zegt ze. Terwijl de honden langzaam wennen aan hun tijdelijke onderkomen, haalt Eefje veel voldoening uit haar daad. “Elke hulp die ik kan bieden, groot of klein, geeft me hoop en kracht. Dat is wat mij drijft, en dat is wat ik wil delen met anderen”, verklaart ze. Naast haar liefde voor dieren streeft Eefje naar solidariteit en medeleven in de samenleving. “Met dit verhaal hoop ik anderen te inspireren om ook iets goeds te doen, al is het maar iets kleins. Geld is niet het belangrijkste; medemenselijkheid wel”, zo besluit Eefje.